BN/DeStem  zaterdag 21 feb. 2004   zoeken | colofon 
e-maile-mailadverterenadverterenabonneren/serviceabonneren/service


Zes dichters en een dode kunstenaar

Door Rebecca Nelemans


Vrijdag 20 februari 2004 - Agneta Evenhuis en Louisette van Donkelaar waren juist bezig om een tentoonstelling te organiseren met werk van de Brabantse beeldend kunstenaar Rien Halters, toen hij in 1999 in Etten-Leur overleed.

Beelden van Rien Halters in de NBKS, Breda
(Foto Ingrid Bertens)

Samen met andere vrienden en bekenden, maar vooral met de familie die achterbleef met schuren vol kunstwerken, richtten zij de Stichting Rien Halters op.

„Doel van de stichting is om het oeuvre van Rien Halters oeuvre, ruim achthonderd schilderijen, tekeningen en objecten, in kaart te brengen en toegankelijk te maken“, aldus dochter Ingrid Halters.

Nu, viereneenhalf jaar later, is de eerste postume tentoonstelling een feit. Onder de titel Ontgrenzing wordt een keuze uit Halters oeuvre getoond bij de (NBKS) Nieuwe Brabantse Kunststichting aan de Reigerstraat in Breda. Die keuze is gemaakt door zes dichters. Elma van Haren, Y. Né, Erik Spinoy, Hilde Keteleer, Geert Buelens en Serge van Duijnhoven namen met graagte de uitnodiging van de stichting aan, om op geheel eigen wijze te reageren op het werk van Halters. De werken waardoor zij zich lieten inspireren tot een gedicht vormen de basis voor de tentoonstelling. De gedichten klinken uit kleine boxjes in de tentoonstellingsruimte van de NBKS en zijn te lezen in de catalogus.

Het werk van Rien Halters leent zich uitermate voor een dialoog met de dichtkunst. In veel van zijn werken gebruikt hij tekst als onderdeel van het beeld. In de serie Kaders bijvoorbeeld, is beeldspraak het uitgangspunt voor wandreliëfs van hout, karton, metaal, verf en klei. In deze werken onderzoekt hij de lading van woord en beeld. Bijvoorbeeld in Woman, waarbij het woord zo opgedeeld is dat ook het woord man verschijnt. Terwijl die twee woorden in taal in elkaar opgaan, worden de begrippen in beeld juist tegengestelde polen.

Veel van Halters werk gaat over machtsverhoudingen en gebrek aan betrokkenheid. Ondanks de loodzware thematiek van schilderijen en tekeningen die handelen over de oorlog in Ruanda, objecten over het Palestijnse vraagstuk of gewoonweg over armoede ‘kun je hem toch geen speelsheid ontzeggen’, aldus stichtingslid Paul Bogaert. En daarin heeft hij gelijk, alle zwaarmoedigheid wordt gerelativeerd met een gezonde dosis bijtende humor.

Het publiek zal er met regelmaat niet in slagen een glimlach te onderdrukken. Vooral in de objecten uit de jaren ‘80 onderzoekt hij het menselijk onvermogen vanuit zijn eigen persoon. Onder noemers als Fei, de dualiteit, Gop, De overmoed en Sig, de potentie toont hij steeds een ander stukje van zichzelf. De figuren van kippengaas en papier maché, die trouwens erg doen denken aan een tot rollade bijeengebonden stuk vlees, lijken allemaal zelfportretten. Maar ze staan tegelijkertijd model voor universele menselijke eigenschappen.



Zelfportret zonder ik



de geheimagenten van mijn bewustzijn

schaduwen mijn brein

wie bepaalt er wie de vijand is?

degene die zich in mijn naam

verbasterd heeft van tegenpartij

(‘en-e-my’) tot die ene-in-mij

twee wezens uit hetzelfde nest

ontstaan; mijn lichaam blijkt

bestand. Mijn verstand

gaat kopje onder

in het gistende moeras

van het handjevol verwanten

dat ik was

Serge van Duijnhoven



Eén kant van het menszijn leek Rien Halters uitermate te inspireren: de eindigheid ervan. Veel van zijn werk gaat over de vergankelijkheid van ons bestaan. Al vroeg experimenteerde hij in de voetsporen van Joseph Beuys met het vergaan van dingen. Hij stelde kartonnen dozen een jaar lang bloot aan weer en wind, liet ijzer oxideren en papier verzuren. Zijn eerste solotentoonstelling in 1982 in De Nobelaer in Etten-Leur, kreeg de naam Begrenzing. Een term waarmee hij de grenzen van het leven zelf aanduidde. Vanuit dergelijke zijnsvragen ontstond de serie Ontologische differentie, waaraan hij van 1980 tot het einde werkte. Een doos met steeds verder verkoolde stukjes hout (Ontbinding, afbraakdoos/denkmodel) is het vroegste werk dat nu getoond wordt, het staat pal naast één van zijn laatste werken: Opbouwdoos. Als schijnbare tegenpolen maken ze deel uit van de Ontologische serie. Halters hield van tegenstellingen en contrasten, omdat de betekenis van woorden en beelden juist in relatie tot anderen woorden en beelden zo duidelijk wordt. Regelmatig combineerde hij werken uit verschillende periodes om te kijken hoe ze zich tot elkaar verhielden. Jarenlang onderzocht hij thema’s in een steeds wisselende vorm. Het werk stond nooit stil maar was juist een denkproces dat altijd doorging. Tot zijn dood.

De gedichten bij deze tentoonstelling geven het werk van Halters weer een nieuwe context. Ze dagen de kijker uit om verbanden te leggen of contrasten te ontdekken, of zoals Y. Né in de inleiding in de catalogus schrijft: „Een gedicht bij een kunstwerk is een persoonlijke uitnodiging in tweevoud“.
Ontgrenzing- - beelden van Rien Halters en gedichten van Elma van Haren, Y. Né, Erik Spinoy, Hilde Keteleer, Geert Buelens en Serge van Duijnhoven- NBKS, Reigerstraat 16, Breda- di-zo 13.00-17.00 uur - t/m 21 maart


reageer  |  verzend  |  print  |  abonneren op BN/DeStem
BN/DeStem | 21-02-2004 | archief
Copyright © 2004 BN/DeStem - alle rechten voorbehouden

Overheid over Sars
Min. Volksgezondheid
Kennisnet over Sars
sars.pagina.nl


Overheid
Tweede Kamer
Eerste Kamer
Ver. Ned. Gemeenten
Provincie Noord-Brabant
Belastingdienst
CBS
Centraal Plan Bureau
CDA
LPF
VVD
PvdA
D66
GroenLinks
Christen Unie
SP
Nationale Ombudsman
Boetebase
NAVO
Verenigde Naties
Homepage Europese Unie
Europese Commissie
Europese Centrale Bank